Marisja: ‘Bij mijn afscheid vloeiden er flink wat tranen hoor. Van collega’s en van mij. Ik dacht echt: heb ik wel het juiste gedaan?’ Die vraag stelt ze zich inmiddels, acht maanden later, niet meer. ‘Ik zit hier echt op mijn plek. Wat een bijzondere school is dit.’ De vraag die ervoor in de plaats is gekomen, lijkt op de eerste: Doen we wel het juiste? ‘De meeste jongeren zijn hier maar heel kort. Wat ik me dan afvraag is: wat kunnen we hen bieden? Is les in Nederlands, Engels en rekenen hetgeen waar ze het meeste aan hebben of is er iets anders nodig? Ik denk eigenlijk dat laatste. De jongeren die hier zitten, hebben vaak meer aan het aanleren van competenties. Dagelijkse vaardigheden. Omgaan met stress bijvoorbeeld, op een andere manier kijken naar wat ze kunnen, om hulp vragen. Daar kunnen we ook in korte tijd goed bij helpen. Laatst zag ik een docent de les starten met een ademhalingsoefening. Dan ben ik echt trots. Het lijkt klein, maar een jongere heeft daar echt wat aan. Ook als hij straks weer op zijn kamer zit.’
Bij De Burcht kijken ze verder dan alleen binnen. ‘We bereiden jongeren zo goed mogelijk voor om na hun tijd hier door te gaan op onderwijs buiten. Veel docenten zijn enorm betrokken bij de jongeren. Je leert elkaar ook best goed kennen als je soms een aantal jaren elkaar bijna elke dag ziet, zoals bij de jongeren die op de langverblijfafdelingen zitten. Een voorbeeld van die betrokkenheid is een docent die binnenkort met een collega uit Teylingereind samen met een jongere een open dag voor een vervolgopleiding gaat bezoeken. Want voor jongeren die langer in Teylingereind verblijven, is er meer ruimte voor een echte opleiding dan voor de kortverblijvers. ‘Je kunt hier bijvoorbeeld een mbo2 doen.